= nieuw en ongemodereerd, = gemodereerd, = eens, = oneens, = anders | |
5. PRIORITEITEN AANGEVEN, KEUZES MAKEN
Aan dit thema voegden meerdere deelnemers hun mening toe. Smit-Zevenhek constateert een trend in het debat: `die moet aangeven of industrie geconcentreerd moet worden bij steden (mijn mening) of juist niet, en of de landbouw de ruimte moet krijgen om op een verantwoorde manier met de grond om te gaan (mijn mening) of juist niet.` Baeten is van mening dat, als we goed nadenken over toekomstige, wenselijke structuren, we wel eens tot de conclusie zouden kunnen komen dat niet alleen behoud en versterking, maar zelfs uitbreiding van de GHS nodig is voor de leefbaarheid van Brabant. Over de relatie tussen economie en natuur merkt Bruggink op dat die wel eens met elkaar zouden kunnen samenvallen, als we de condities aangeven waaronder een toekomstige economie de mens en de natuur weet te respecteren. Verkuylen brengt de discussie over keuzes maken (`intensivering van de verstedelijking en de wil natuur en landschap te versterken`) op de vraag naar de betaalbaarheid: `welke mogelijkheden biedt de baatbelasting, in hoeverre kan een provinciale belasting ingezet worden in de groene hoofdstructuur?` Baeten vindt dat een discussie over de ruimte in Brabant niet moet gaan over een strijd van de dorpen tegen de steden: `Er moet geredeneerd vanuit een Brabants landschap en stedelijk systeem afgewogen worden in welke zones verstedelijking mogelijk is en waar niet. En waar niet betekent dan ook niet/nauwelijks bouwen.` 6. MOBILITEIT BEPERKEN Kersten pleit voor andere vormen van container- en ander transport: er komt ruimte op de rails vrij en vervoer over water biedt mogelijkheden. 7. GROEI VAN DORPEN BEPERKEN Daartoe uitgedaagd door Van Putten verduidelijkt Van Geel het provinciale beleid op dit punt: `De natuurlijke groei van de bevolking is in de dorpen en de suburbane gebieden groter dan in de steden. Het beleid is erop gericht die bovenmatige groei te richten op de stedelijke gebieden.` 8. GROEI CONCENTREREN IN HET STEDELIJK GEBIED Dit idee wordt door Brok afgewezen, hij vreest dat dat op termijn leidt tot de roep om `groen-wonen`. Hij pleit ervoor om in stad en platteland de toekomstige woonwensen te inventariseren en daar beleid voor te ontwikkelen. Hogenhuis vindt dat als de steden zozeer groeien dat dorpen opgegeten worden, de groei van de stad afgeremd en gestuurd moet worden. 9. ANDERE WIJZE VAN BELEIDSVORMING De discussie over korte en lange termijn beleid is deze week voortgezet: lange termijn beleid is noodzakelijk en richtinggevend voor beleid voor middellange en korte termijn (Jeroen Baeten). Bruggink vindt dat de provincie een zwaardere rol in het ruimtelijk beleid moet spelen, zowel richting gemeenten als Rijk. Kersten wijst erop dat er te weinig afstemming is: `elke gemeente wil bedrijventerreinen en kantoorparken ontwikkelen`. 10. REGIONALE ZELFVOORZIENING Geen nieuwe gezichtspunten. 11. OVER KETEL- EN ANDERE MUZIEKVORMEN De opmerking die Van Geel vorige week in dit debat maakte in de richting van het ministerie van VROM (`ik beschouw alle verhalen van de laatste dagen vooral als ketelmuziek`) leidde deze week tot een eigen debatlijn. Kern daarvan is het verwijt dat de provincie te weinig stuurt (Bruggink), terwijl Van Geel vindt dat de provincie haar rol binnen de wettelijke mogelijkheden zo goed mogelijk vervult. Tot slot: de wijze waarop het Brabants Dagblad verslag doet van dit internetdebat (waarover de redactie best tevreden is) heeft bij enkele deelnemers wrevel opgeroepen. Maar dat leidt wat af van de kern van de zaak. Tot zover de laatste van de vier wekelijkse samenvattingen. Zoals gezegd: het debat loopt nog door tot zondagnacht 1 december middernacht. In de loop van maandag 2 december ontvangt u een overzicht van de einduitslag van de opiniepeilingen en de stemming. Met vriendelijke groet, Carla Verheijen Hans de Kuyper Marcel Bullinga Pascal Kolkman Steven Lenos |
Geef je eigen reactie. |
Reacties op deze bijdrage:
Er zijn geen reacties |
|
Dit is een reactie op: Debat over de stemming. |