= nieuw en ongemodereerd, = gemodereerd, = eens, = oneens, = anders | |
Vervolg
4 DE GRENZEN VAN BRABANT AANGEVEN Sommigen vinden dat Brabant niet de problemen van de randstad hoeft op te vangen. Maar lang niet iedereen is het met deze stelling eens. 5 PRIORITEITEN AANGEVEN Een aantal benadrukt dat er keuzes moeten worden gemaakt, maar er is verschil van mening over de prioriteiten die dan gesteld moeten worden. Volgens sommigen moet de natuur op de eerste plaats worden gesteld, geen uitbreiding meer. Nu prevaleert het economisch belang te veel. Dit wordt door andere debatdeelnemers gerelativeerd. Zij geloven eerder in een zorgvuldige balans tussen de verschillende ruimteclaims. Economie biedt ook kansen, zo wordt gesteld. Een restrictief economisch beleid zorgt ervoor dat Brabant weer een achtergebleven gebied wordt. Om ons welzijn op peil te houden is uitbreiding met nieuwe bedrijventerreinen nodig. Vele debatdeelnemers zijn van mening dat ruimteclaims gehonoreerd kunnen worden door het benutten van ruimte die tot nu toe door de agrarische sector wordt ingenomen. Maar men is het niet eens over de invulling van de vrijkomende ruimte. Biologische landbouw, woningen en bedrijven, natuurgebied, recreatieterrein? Sommigen betwijfelen de haalbaarheid van het inkrimpen van het ruimtebeslag door de agrarische sector: `de landbouwlobby is heel machtig.` In het debat hebben we hiervan tot nu toe weinig gemerkt. NCB reageer a.u.b.! Dan zijn er ook nog debatdeelnemers die vinden dat het primaat van de economie (waaronder ook de intensieve landbouw) moet worden afgeschaft. Weg met de intensieve veehouderij (VarkensTehuizen, `laat de koeien elders loeien`). Niet iedereen is het hiermee eens: `koeien horen bij Brabant`. Kan, zo vragen sommigen zich af, de politiek dit wel bewerkstelligen? `Het CDA loopt aan de leiband van de lokale achterban`. Politici onder u: wat vindt u hiervan? Onder deze noemer plaatsen we ook het voorstel om nu definitief aan te geven welke gebieden tot landschapspark worden bestemd en deze uit te sluiten van bebouwing. Tenslotte willen we hier de discussie over recreatie en toerisme aanhalen. Sommigen vinden dat Brabant de potenties die hierin zitten onvoldoende benut, anderen zijn bang dat recreatie en toerisme teveel ten koste gaan van de natuur (`voor een suburbane weekend-stad is te weinig ruimte`). 6 MOBILITEIT BEPERKEN Onder deze noemer wordt een aantal oplossingen aangedragen. Tegengaan dat mensen hier wonen en in de randstad werken, bedrijven en woningen vooral bouwen in het stedelijk gebied, het herzien van het beginsel van de onbeperkte mobiliteit, het aanleggen van industrieterreinen langs de snelwegen, telewerken. Het oprukkende asfalt moet tot staan worden gebracht, zegt iemand. Er zijn effectieve maatregelen nodig om de verschillende verkeersstromen beheersbaar te maken zodat het wegennet efficienter benut gaat worden. 7 GROEI VAN DE DORPEN BEPERKEN Woningbouw in de dorpen zou vooral binnen strakke contouren moeten plaatsvinden. De provincie zou gemeenten die groeibeperking als uitgangspunt nemen moeten belonen. Hiertegen wordt ingebracht dat groei ter wille van een leefbare samenleving nodig is: groeibeperking maakt van dorpen slaapplaatsen maakt. Een ander vindt dat er in de dorpen alleen nog maar gebouwd mag worden voor ouderen. Zo wordt er ruimte gemaakt voor de jongeren. Een variant hierop is dat er alleen nog gebouwd mag worden voor de eigen dorpelingen. Men verschilt van mening over de haalbaarheid hiervan en over de mogelijkheden van de overheid om invloed uit te oefenen op de plaats waar mensen zich vestigen. Ook de rechtmatigheid daarvan wordt in twijfel getrokken. 8 GROEI CONCENTREREN IN HET STEDELIJK GEBIED De expansiedrift van steden moet worden ingeperkt, zegt iemand, zeker na de herindeling. We zouden moeten erkennen, zegt een van u, dat Brabant van west naar oost aaneengroeit: `de metropool zandstad`. Maar dan zou het gebied ten zuiden en ten noorden daarvan als natuurgebied beschermd moeten worden: `landstad`. daar tegenover staat de opvatting dat we het steeds verder naar elkaar groeien van steden niet aan het toeval moeten overlaten. Hij bepleit voor een strategie, waaraan plannen kunnen worden getoetst. 9 ANDERE WIJZE VAN BELEIDSVORMING Over de inrichting van de ruimte moet meer in regionaal verband worden nagedacht en besloten. Gemeenten moeten meer onderling afstemmen, waarbij de provincie een coordinerende rol vervult. Provincie en gemeenten, zo wordt ook gezegd, moeten samen een vuist maken tegen het rijk. Zo wordt voorkomen dat de provincie maar weinig zeggenschap heeft over het ruimtegebruik. Tot slot van deze samenvatting willen we graag de oproep die Van Geel gisteren inbracht memoreren. Hij vraagt de deelnemers om bij de oplossingen aan te geven: - wat we NU kunnen doen - wat we rond het jaar 2000 kunnen doen - wat we op langere termijn willen/kunnen Met deze oproep ronden we de samenvatting van de tweede week af en wensen u veel inspiratie bij het vervolg van het debat. Met vriendelijke groeten, Carla Verheijen Hans de Kuyper Marcel Bullinga Pascal Kolkman Steven Lenos |
Geef je eigen reactie. |
Reacties op deze bijdrage: | |
Dit is een reactie op: Uw oplossingen voor het ruimteprobleem in Brabant. De volgende reactie hierop is: een dilemma?. |